Burn-out

Burn-out kan opgevat worden als een ernstige vorm van overspannenheid. Het is het eindstadium van langdurige roofbouw op lichaam en geest. Wanneer signalen van overspannenheid niet herkend of genegeerd worden en mensen ‘in het rood’ blijven verder werken, geraakt de stressfysiologie nog verder ontregeld. De stressweerbaarheid wordt lager: Dit betekent dat men sneller de grens van stressklachten bereikt, terwijl men juist meer inspanningen moet verrichten om op hetzelfde niveau te kunnen blijven functioneren. Fysiologisch kunnen er andere basiswaarden ingesteld worden voor rust en inspanning (bv. chronisch lagere PCO2 waarden, lagere cortisolniveaus dan normaal, …).

Naast de aanwezigheid van overspanningsklachten lijdt men bij burn-out ook aan inspanningsintolerantie. Er bestaat een extreem gebrek aan herstelvermogen, waardoor mensen zich uitgeput en opgebrand voelen. Men wil wel dingen doen, maar men heeft er de energie, de fut niet voor. Men heeft ook een verminderd vertrouwen in eigen kunnen. Er is sprake van een ‘leeg’ gevoel, verminderde betrokkenheid en een toegenomen cynisme. Men gaat iedere dag met grote tegenzin

naar het werk. In geval van burn-out kan men professioneel niet meer functioneren, hetgeen uiteindelijk vaak eindigt in arbeidsongeschiktheid.